Het gebruik van ingebouwde apparaten beperken
-
USB Ports
-
Memory Card Slot (sleuf voor "Memory Stick Duo" en sleuf voor SD-geheugenkaart)
-
Optical Disc Drive
-
Wireless Device
-
LAN Device (LAN-poort)
-
Zet uw VAIO-computer aan en druk meerdere keren op de F2-toets totdat het VAIO-logo niet meer wordt weergegeven.
-
Druk op de toets
of
om het tabblad Advanced te selecteren.
-
Druk op
of
om het gewenste ingebouwde apparaat te selecteren en druk op Enter.
-
Druk op
of
om Disabled of Enabled te selecteren en druk op Enter.
-
Wanneer u Disabled selecteert:
het geselecteerde apparaat is uitgeschakeld.
-
Wanneer u Enabled selecteert:
het geselecteerde apparaat is ingeschakeld en kan worden gebruikt op de VAIO-computer.
-
Druk op de toets
of
om het tabblad Exit te selecteren en selecteer Exit Setup. Druk vervolgens op Enter.
-
Welke apparaten u kunt uitschakelen, hangt af van het model.
-
Wanneer u een poortreplicator (niet meegeleverd) aansluit op de VAIO-computer terwijl er ingebouwde apparaten zijn uitgeschakeld, gelden dezelfde beperkingen voor de poortreplicator.
Bovendien geldt dat als u de USB-poorten hebt uitgeschakeld, de harde schijf op de poortreplicator ook is uitgeschakeld.