VAIO Gebruikershandleiding SVE1111 Serie

Taak

Geheugenmodules toevoegen en verwijderen

Als u de snelheid van uw computer wilt verhogen of betere prestaties wilt bij het gelijktijdig uitvoeren van programma's, kunt u de hoeveelheid geheugen uitbreiden door optionele geheugenmodules te installeren.
Zie Opmerkingen over het toevoegen/verwijderen van geheugenmodules voordat u een upgrade uitvoert van het computergeheugen.[Details]
Het type module en de hoeveelheid geheugen die op uw computer zijn geïnstalleerd, zijn afhankelijk van het model.
  1. Schakel uw VAIO-computer en randapparatuur uit, koppel het netsnoer en alle aansluitkabels los en verwijder de batterij.

  1. Wacht enige tijd totdat uw VAIO-computer is afgekoeld.

De inwendige delen van uw VAIO-computer kunnen nog heet zijn na het uitschakelen. Zorg dat u zich niet brandt als u werkzaamheden verricht aan uw VAIO-computer in deze toestand.
  1. Leg een schone doek op een horizontaal vlak oppervlak en plaats uw VAIO-computer hierop zoals hieronder afgebeeld. Verwijder de schroeven met een kruiskopschroevendraaier om het kapje van het geheugenmodulecompartiment te openen.

De plaats van de schroeven wordt aangegeven door de pijlen in de afbeeldingen hieronder.
Op sommige modellen is het kapje van het geheugenmodulecompartiment vastgezet met dekselschroeven die niet kunnen worden losgemaakt van het kapje.
  1. Raak een extern metalen voorwerp aan om elektrostatische lading op te heffen.

Raak geen metalen delen in uw VAIO-computer aan.
  1. Als er geen gleuf vrij is, verwijdert u de geïnstalleerde geheugenmodule. Trek de lipjes in de richting van de pijlen om de module te ontgrendelen (1), verwijder vervolgens de module door in de richting van de pijl te trekken (2).

  1. Haal de nieuwe geheugenmodule uit de antistatische verpakking.

  1. Houd de geheugenmodule vast bij de rand en schuif de module in de gleuf met de contactpunten naar beneden en zorg dat de uitsparing in de module is uitgelijnd met het kleine uitsteeksel in de gleuf.

  1. Houd de geheugenmodule vast bij de rand en druk de module omlaag tot deze vastklikt zoals getoond in de afbeelding.

De lipjes aan beiden zijden van de gleuf klikken vast om de module te vergrendelen. Raak geen IC's (zwarte onderdelen) van de geheugenmodule aan.
  1. Plaats het kapje van het geheugenmodulecompartiment weer terug en zet dit vast met de schroeven die u hebt verwijderd in stap 3.

  1. Plaats de batterij, sluit alle in stap 1 verwijderde aansluitkabels en randapparatuur aan en schakel de computer in.

  1. Controleer of de hoeveelheid geheugen correct is veranderd. [Details]

Als de aangegeven hoeveelheid geheugen correct is, is de geheugenmodule met succes geïnstalleerd.
Verwant onderwerp