Personal computerVAIO Pro 11/13SVP1121/SVP1321

Het gebruik van ingebouwde apparaten beperken

Met de BIOS-functie kunt u ingebouwde apparaten als hieronder uitschakelen. Met deze functie kunt u externe verbindingen en communicatie voorkomen.

  • USB Ports

  • Memory Card Slot

  • Wireless Device

  • LAN Device (modellen met LAN-poort)

  1. Druk op de knop ASSIST terwijl uw VAIO-computer is uitgeschakeld.

    Het scherm VAIO Care (reddingsmodus) (VAIO Care (Rescue Mode)) verschijnt.

  2. Selecteer BIOS-setup starten (Start BIOS setup).

    Voer een wachtwoord in als er al een wachtwoord is ingesteld.

    Het BIOS-instellingenscherm wordt weergegeven.

  3. Druk op de toetsofom naar het tabblad Advanced te gaan.
  4. Druk op de toetsofom het gewenste ingebouwde apparaat te selecteren en druk op de toets Enter.
  5. Druk op de toetsofom Disabled of Enabled te selecteren en druk op de toets Enter.
    • Wanneer u Disabled selecteert:

      Het geselecteerde apparaat is uitgeschakeld.

    • Wanneer u Enabled selecteert:

      Het geselecteerde apparaat is ingeschakeld en kan worden gebruikt op uw VAIO-computer.

  6. Selecteer het tabblad Exit met de toetsof, selecteer Exit Setup en druk vervolgens op de toets Enter.

    Druk wanneer om bevestiging wordt gevraagd op de toets Enter.

Opmerking

  • Welke apparaten u kunt uitschakelen, hangt af van het model.

  • Zelfs als u het gebruik van het draadloze apparaat beperkt, kunt u NFC/One-touch-functies niet uitschakelen.